BKS Infra uit IJsselmuiden verhuist naar Ens. “Voor de bedrijfsvoering maakt het niet direct uit waar we ons vestigen”, vertellen de ondernemers Hessel Boschma en Hans Knepper. “Maar de grondprijs gaf de doorslag én de meedenkende, enthousiaste houding van de gemeente. Die past bij ons.”
BKS Infra is een jong, groeiend aannemersbedrijf gericht op infrastructurele werkzaamheden, grondwerk, riolering, verharding en terreininrichting. Zo is het bedrijf in Emmeloord betrokken bij de realisatie van de nieuwe locatie van stichting Philadelphia aan de Meldestraat. De opdrachten komen verder uit het noorden en midden van Nederland. “IJsselmuiden ligt wat dat betreft centraal, maar we zijn niet aan de plaats gebonden. Toen we begonnen hadden we alleen kantoorruimte nodig om ons werk te organiseren en dat konden we hier huren. Groot materieel hoeven we ook niet op eigen terrein te stallen, want dat blijft meestal op de bouwplaats en verhuist mee naar de volgende klus. Daarnaast maken we voor onder meer grondverzet en kraanwerk veel gebruik van lokale bedrijven, die hun eigen materieel hebben.”
Inmiddels is het uitdijende bedrijf wel toe aan een eigen plek. Op het bedrijventerrein in Ens hebben ze 2.000 vierkante meter grond gekocht aan het Oogstveld. “Een mooie locatie met een makkelijke ontsluiting.” In april start de bouw van een pand van 400 vierkante meter voor kantoorruimte en opslag van klein materieel. “De infra doen we uiteraard zelf én duurzaam. Voor de bouw maken we gebruik van gerecycled materiaal en alle gebruikte materialen kunnen op hun beurt ook weer gerecycled worden.” Ook in opdrachten klinkt de roep om hergebruik steeds meer door. “Vooral daar waar het de overheden betreft, want die moeten natuurlijk een voorbeeld stellen. Particuliere ondernemers leggen de lat nog niet zo hoog, vanwege de kosten. Maar ook daar passen we zoveel mogelijk recyclebare producten toe, of het nu gaat om pvc-buizen of straatklinkers.”
Duurzaamheid heeft volgens de ondernemers echter ook betrekking op het personeelsbeleid. “We zijn met z’n tweeën begonnen en sindsdien komen er ieder jaar een paar werknemers bij. Machines hebben het zware werk steeds meer overgenomen – wat machinaal kan moet je ook door een machine laten doen -, maar grondwerk is nog steeds een zwaar beroep. Als werkgevers willen we dat iedereen z’n werk met plezier kan blijven doen, ook op latere leeftijd. We zijn open en transparant naar onze werknemers en verwachten dat ook van hen als ze tegen problemen aanlopen. Dan bekijken we samen hoe we het op kunnen lossen.”