Een kantoorpandje in het centrum, hectares akkerbouwgrond of je eigen keukentafel: iedereen heeft zijn eigen werkplek. In de rubriek Hier werk ik komt in elke editie van Ondernemer Centraal iemand aan het woord die vertelt waarom zijn werkplek zo uniek is.
Leonie Bastiaanssen (eigen foto)
Eerst even voorstellen?
‘Ik ben Leonie Bastiaanssen, 36 jaar en geboren en getogen in Espel. Toen ik een relatie kreeg met een man uit Luttelgeest, ben ik daar tien jaar geleden gaan wonen. We wonen op een boerderij en ik heb mijn eigen kapsalon in het dorp.’
Hoe ziet je werkplek eruit?
‘De salon zit in de oude supermarkt van Luttelgeest, een mooie grote ruimte. Toen ik het pand kocht, zag het er echt vreselijk uit. In het voorste gedeelte had een kapsalon gezeten, de rest van het pand was opgedeeld in kleine ruimtes die werden bewoond. Maar ik zag de mogelijkheden. Ik heb me er helemaal in gestort en heb veel geïnvesteerd om de salon te maken zoals hij nu is. Ik werk met een team van vier kappers en verhuur één stoel aan een collegakapster, die haar eigen agenda en eigen klanten heeft. Dat is ook leuk, want dat biedt me de mogelijkheid op mijn eigen werkplek met een andere onderneemster te sparren.’
Waarom wilde je je eigen werkplek?
‘Ik begon op mijn achttiende bij een salon in loondienst. Het werken in een team beviel me goed, maar ik zag ook wat ik anders zou doen als het mijn eigen salon zou zijn. Ik begon voor mezelf in de garage van mijn ouders. Ik genoot ervan om voor mezelf te werken, maar in die tijd verlangde ik ook wel weer eens terug naar collega’s. Nu ik in Luttelgeest mijn eigen salon run met meerdere kappers in dienst, heb ik allebei.’
Wat is je favoriete plek in de salon?
‘Vooraan, op de eerste stoel. Dan heb ik overzicht over de hele kapsalon, zie ik klanten binnenkomen en kan ik ze direct begroeten. Ik vind het belangrijk dat mensen zich welkom voelen bij ons, ik hou ervan als de sfeer goed is. Als er harmonie is onder de collega’s, dan voelen klanten dat. En we horen terug dat mensen het gezellig en ontspannen vinden bij ons. Daar doen we als collega’s ook veel voor. We helpen elkaar als iemand uitloopt, zetten samen de schouders eronder als er moet worden geveegd of handdoeken moeten worden gevouwen. De salon draagt mijn naam, maar ik voel me niet per se de baas.’
Wat doe je als je niet op je werkplek bent?
‘Dan ben ik moeder van drie kinderen van anderhalf, drieënhalf en acht jaar oud. In en om de boerderij waar we wonen is altijd genoeg te doen. Als ondernemer sta ik ook altijd aan, er gaat geen dag voorbij dat ik niet iets voor mijn onderneming doe. Maar dat doe ik graag, want ik vind dat ik het leukste vak ter wereld heb. In groep 8 wist ik het al: ik word kapper en daar heb ik in mijn schoolkeuze ook altijd op aangestuurd. Ik vind het prachtig dat ik met mijn handen en mijn schaar mensen met een blijer gevoel kan laten vertrekken.’