Ondernemer Centraal juni 2016

,,Een goede zet van de gemeente.’’ Dat zeggen David Apperlo (links) en Franklin Bode van Martho Flexwerk over het benoemen van ‘buitengewoon werkgevers’. ,,Je moet de werkgever belangrijk maken. Straks verplicht de quotumwet ieder bedrijf een bepaald percentage mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan te nemen.’’ 


Martho Flexwerk in Emmeloord is buitengewoon werkgever, omdat het uitzendbureau sinds een half jaar ook bemiddelt tussen cliënten van de WerkCorporatie en het bedrijfsleven. Partneronderneming PAT BV uit Amsterdam, waarvan Apperlo één van de managers is, krijgt al twee jaar door de WerkCorporatie Noordoostpolder kandidaten aangeleverd voor werkervaringsplaatsen of proefplaatsingen. ,,Wij betrekken rechtstreeks mensen via diverse uitkeringsinstanties. We zijn geen SW-bedrijf, maar een commercieel assemblagebedrijf. Het sociale zetten wij commercieel in. We leiden mensen op tot reguliere arbeidskrachten, niet zozeer met een opleiding, maar met werk an sich. We hebben 28 culturen in ons bedrijf en die moeten allemaal leren samenwerken. Mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt werken samen met reguliere arbeidskrachten en zo krijg je productie.’’

PAT BV haalt bewust kandidaten uit de Noordoostpolder. ,,Vanwege de ‘met de laarzen in de klei’-mentaliteit. Het merendeel hier is door omstandigheden – zoals een faillissement of schuldsanering – in de bijstand terechtgekomen, niet omdat ze niet willen werken. Die mensen nemen we mee naar Amsterdam en dat heeft een positief effect op de werkhouding van de mensen daar.’’ Mensen die zich bewijzen, biedt PAT vervolgens een standaardcontract aan of ze worden via Martho Flexwerk – dat ook een vestiging in Amsterdam heeft – elders geplaatst. ,,Zo hebben we altijd ‘voorraad’ en we weten dat we de goede mensen aan het werk hebben’’, gaat Bode verder. Martho Flexwerk ervoer aanvankelijk bij de WerkCorporatie enige terughoudendheid. ,,Maar het vertrouwen is er dat wij ons best doen voor de kandidaten. Wij krijgen ze nu vrijblijvend doorgestuurd.’’ Het mes snijdt namelijk aan twee kanten. Iemand kan met behoud van uitkering twee maanden op proef werken. Dat kost de werkgever dus niets, maar hij moet de werknemer aansluitend wel zes maanden in dienst nemen. ,,Wij hebben veel flexwerkbedrijven als klant. Zij vinden die zes maanden te lang, ze willen die administratieve rompslomp en die vastigheid niet. Wij kunnen dat van hen overnemen door die proefplaatsing aan te gaan. De proefplaatsing kost ons niets, maar omdat we de verantwoordelijkheid aangaan voor de kandidaat, kunnen we een tarief doorberekenen aan de klant. Vervolgens bieden wij de kandidaat een halfjaarcontract aan en zorgen ervoor dat hij of zij via ons zes maanden aan het werk is. Op die manier leert de kandidaat weer in het reguliere arbeidspatroon te komen.’

’

En met goed gevolg, zo besluit Apperlo met een succesverhaal. ,,Een man uit Emmeloord die vanuit een arbeidsongeschiktheidsuitkering bij ons aan het werk kwam, is nu afdelingshoofd bij PAT. Hij is voor honderd procent goedgekeurd voor dit werk.’’