Seizoenen
[sei·zoen (het; o; meervoud: seizoenen) 1jaargetijde 2 deel van het jaar dat door iets gekenmerkt wordt of voor iets geschikt is: het warme seizoen; visseizoen, voetbalseizoen]
[sei·zoen (het; o; meervoud: seizoenen) 1jaargetijde 2 deel van het jaar dat door iets gekenmerkt wordt of voor iets geschikt is: het warme seizoen; visseizoen, voetbalseizoen]
Twee ondernemers met een eigen kijk op het ondernemerschap en de wereld waarin zij ondernemen. Wat drijft hen? Waar zien ze kansen en hoe weten ze die te pakken?
Je eigen bedrijf: Voor veel ondernemers een droombaan. Maar je eigen baas zijn en je business goed van de grond krijgen is hard werken. Hoe en waar begin je? In deze rubriek kijken we mee over de schouder van een nieuwe polderondernemer.